How nice that you came to visit my blog. For even more fun creations you can log on to the followers list. Thanks and maybe I see you again

Tips en weetjes

Je kunt zelf je eigen maten nemen. Hiervoor heb je een meetlint nodig en pen en papier.
Let op je kleding tijdens het meten; zorg dat je nauw aansluitende kleding draagt. Als je over een slobbertrui je bovenwijdte meet, zit er teveel stof tussen je lichaam en je centimeter. Pas ook op met bijgevulde BH's en te strak aangeregen riemen. Dit moet uit tijdens het meten, anders krijg je verkeerde maten en zit je kleding straks te wijd of te strak. De meeste meetlinten hebben aan beide kanten cjifers. Let erop dat je op de juiste kant van het meetlint kijkt bij het opnemen van de maten!

Lichaamslengte
Deze maat weet iedereen van zichzelf. Hoe lang ben je? BovenwijdteSla het meetlint rond je lichaam en meet de wijdte over je tepels heen. Trek het meetlint niet strak aan, houdt het losjes over je buste/borstkast zodat het aansluit op je lichaamsvorm.

Onderbustewijdte
Dit is de wijdte net onder je borstwelving. Meet ook deze maat rondom.
Taillewijdte
Sla het meetlint rond je middel, over je navel heen, en adem in, zoals je altijd inademt. Na twee ademhalingen kun je de gemeten afstand bekijken. Dit zorgt ervoor dat de kleding niet te strak wordt en dat je er gewoon in kunt ademen. Altijd handig...
Heupwijdte
Deze maat kun je het beste voor de spiegel meten. Sla het meetlint om het breedste deel van je heupen of billen. Trek het niet strak aan, maar let wel op dat het lint niet over je billen heen valt. Het meetlint moet horizontaal om je lichaam heen zitten bij het meten.
Beenlengte of Zijlengte
Voor deze afstand zet je je handen in je zij. Zo kun je je taille vinden. Waar je hand net lag, zet je nu het uiteinde van je meetlint. De rest laat je langs je been op de grond vallen. Dit stuk is lastig en kan je het beste doen met hulp; Meet de afstand van je taille naar de grond. Zorg dat je hierbij niet voorover buigt om (mee) te kijken, anders is je taille lager dan wanneer je rechtop zou staan en heb je een verkeerde maat. Deze maten zijn specifiek voor mouwen


Bovenarmwijdte
Hiervoor meet je je bovenarm rondom.
HandwijdteMeet rondom hoe breed je hand is over je duim heen. Deze afstand is nodig om te zorgen dat je hand door de mouw kan.
MouwlengteDeze maat is een beetje lastig om bij jezelf te meten. Let het uiteinde van het meetlint bovenop je schouder, op de plek waar de naad van je mouw zou zitten. Buig je arm in een rechte hoek en sla het meetlint langs de buitenste hoek van je elleboog, naar je hand. De mouw moet eindigen op de rug van je hand, dus meet de afstand, nog steeds met gebogen arm, naar de rug van je hand. Sommige mouwen zijn iets langer, vaak tot je knokkels. Deze maat is onmisbaar voor broeken.
Zithoogte
Deze maat moet zittend gemeten worden. Neem plaats op een tafel. Dat meet makkelijker dan op een stoel, omdat er geen armleuningen in de weg zitten.Zet je hand weer in je zij en het meetlint weer in je taille. Dit wordt weer een lastig stuk. Zorg dat je in een rechte lijn vanaf de hoogte van je taille naar de tafel meet. Laat het meetlint niet in een bocht om je heupen heen lopen, maar zorg dat hij kaarsrecht naar benenden loopt.
Gebruik anders een liniaal i.p.v. het meetlint en let op de juiste hoogte van je taille.
Dit betekent ook dat je niet naar de zijkant mag buigen, anders breng je je taille lager bij de tafel doordat je buigt. Zo loop je weer het risico een verkeerde maat te meten.


Ik heb hier een kleine samenvatting gemaakt van de belangrijkste foefjes die je nodig hebt met het naaien, altijd handig als geheugensteuntje.
1 De maat nemen:
De ruglengte vanaf nekwervel totaan de taille.
De rugbreedte dwars over deschouderbladen.
De bovenwijdte over het hoogstepunt van de buste, niet te strak.
De taillewijdte niet te strak
De heupwijdte op tweeplaatsen op 15cm onder detaille en de tweede
25cm onder de taille
Schouderbreedte vanaf dehals tot aan het buitstenstepuntje van de schouder
Roklengte hangt van demode af, of van jezelf
Mouwlengte buitenste puntje schouder, over elle-boog de naar pols
2 Patroonverkleinen


Is het patroon te klein dan knip jehet uit elkaar
Hoever de patroondelen uit elkaar komen te liggen hangt ervanaf
hoeveel langer of breder hetpatroon moet worden
Bevestig alle patroondelen metplakband op het patroonpapieren knip het patroon dan uit

3 Patroonvergroten


Is het patroon te groot dan legt u vouwen in het papier
Is bv het lijfje te lang dan leg je 2 horizontale vouwen dwars over het patroon
De ene vanaf het midden van het armsgat,
de andere vanaf het midden van de zijnaad
Is het patroon te breed dan leg je vertikale vouwen
Hetzelfde doe je met de mouw
4 Patroondelen op geruite stof
Is de stof geruit kijk dan eerst of de ruit regelmatig wordt herhaald.
Is dit niet het geval dan moeten de verschillende delen onder elkaar op de stof uitgelegd worden, dus allemaal dezelfde kant op.
Alle middenlijnen van het model moeten midden in een ruit komen te vallen,zodat de ruiten aan beide kanten vanaf de middenlijn regelmatig herhaald worden.
Let goed op als je het patroon op de stof legt, dat de armsgaten gelijk met de ruiten van de mouwen komen te liggen.
Dit geldt ook voor de rok.
5 Schuin uitgeknipt
Worden de patroondelen schuinuitgeknipt,
dan wordt de stof dubbelgevouwen op de diagonale lijn.
Het is niet aan te raden om een model schuin te knippen in nogal
losgeweven stof of stoffen die nogal erg zwaar zijn.
Het kan zijn dat de stof teveel gaat trekken

6 Het aftekenen van patroonlijnen

Haal de papieren patroondelen niet van de stof af voordat

alle naadlijnen zijn afgetekend op de stof.
De lijnen die afgetekend moeten worden zijn:
middenvoor-middenachterlijn, figuur-naden, rimpels en tekens,
teken eventuele zakjes e.d. ook af.
Gebruik hiervoor kalkeerpapier, een krijtje of verdwijnstift.
Het kalkeerpapier vouw je om de dubbele stof heen. (Zie het plaatje links)
Je kan het ook tussen de beide stof-lagen insteken.(Zie het plaatje rechts)

7 Het doorslaan van het patroon
Het doorslaan van patroonlijnen wordt met een dubbele rijgdraad gedaan.
Trek de draad niet aan maar laat bij elke steek een lus van ong. 2 cm staan.
Wanneer alle patroonlijnen zijn doorgeregen worden de stoflagen iets van elkaar getrokken zodat lussen boven opde stof verdwijnen.
Knip nu de rijgdraden tussen de stof door.
Haal het patroon voorzichtig van de stof af.
Je kan het ook aftekenen met kleermakerskrijt.
Let er wel op dat de verkeerde kant van de stof aan de buitenkant zit.
8 De rug
Het spelden van de schoudernaad gaat als volgt:
Speld de schoudernaad van beide delen aan de rugkant op elkaar zodat de extra wijdte van de rugkant gelijkmatig wordt verdeeld.




OMREKENTABEL STOFBREEDTES


Met deze tabel kunt u bepalen hoeveel stof ongeveer nodig is wanneer de stofbreedte afwijkt van de op de envelop van het patroon vermelde stofbreedte.
Zoek de opgegeven stofbreedte op en vervolgens in de kolom eronder de hoeveelheid stof. De benodigde stof bij andere stofbreedtes staan op dezelfde rij.

90 cm 100 cm 115 cm 140 cm 150 cm
1.60 1.40 1.30 1.10 1.00
1.90 1.60 1.50 1.30 1.20
2.10 1.90 1.60 1.40 1.30
2.30 2.10 2.00 1.60 1.50
2.90 2.30 2.10 1.80 1.60
2.90 2.60 2.30 1.90 1.80
3.10 2.80 2.60 2.10 1.90
3.50 3.00 2.70 2.20 2.10
3.90 3.20 2.90 2.40 2.20
4.20 3.50 3.10 2.60 2.40
4.40 3.70 3.40 2.70 2.60
4.60 3.90 3.60 2.90 2.70


© 2004-2008 Naaipatronen.nl



Image and video hosting by TinyPic
Related Posts with Thumbnails